Midden in de samenleving

Maatschappelijke zichtbaarheid RIVM vergroot

Binnen het RIVM zijn stappen gemaakt om de maatschappelijke zichtbaarheid te vergroten om zo onze organisatiedoelen te realiseren. In 2016 zijn 19 Key Performance Indicators (KPI’s) vastgesteld, die ieder kwartaal in de DR besproken worden, om deze ontwikkeling cijfermatig te monitoren. In het bijzonder wordt de stijging van het aantal unieke bezoekers van de Nederlands- en Engelstalige website genoemd, waarin getoond wordt dat er 7,7 miljoen unieke bezoekers op de website geweest zijn. De stijging van de zichtbaarheid blijkt uit de bovenstaande cijfers.

Verklaringen voor deze toegenomen maatschappelijke zichtbaarheid zijn dat er in 2016 veel issues / dossiers speelden waarin onze stakeholders het RIVM als gezaghebbend ‘trusted advisor’ zien. Dit zijn onder andere het Zika Virus, luchtkwaliteit, Ziekte van Lyme, nationaal hitteplan en het rubbergranulaat. Daarnaast is er vanuit alle niveaus gestuurd op transparantie en is bewuster en doelgerichter gereageerd op vragen van de pers en op reacties op social media. De steeds betere (samenwerkings)relatie met journalisten van de landelijke media speelt zeker ook een rol in de toegenomen maatschappelijke zichtbaarheid.

De RIVM publiekswebsite wordt gezien als een belangrijke bron om de maatschappelijke zichtbaarheid te vergroten. Het RIVM laat zich sinds 2011 jaarlijks toetsen door de Stichting Accessibility en mag het keurmerk van de Stichting waarmerk drempelvrij.nl voeren op rivm.nl (‘groene mannetje’). Het afgelopen jaar is een stijging in het aantal bekeken pagina’s en het aantal unieke bezoekers te zien. Om nog beter in te kunnen spelen op de wensen van bezoekers van de website, is een bedrag vrijgemaakt voor een onderzoek naar de gebruiksvriendelijkheid voor burgers, professionals en beleidsmedewerkers.

Het RIVM heeft de afgelopen jaren haar medewerkers modules aangeboden om het thema ‘de burger’ centraal te stellen. Hiervoor is onder ander een e-learning module ontwikkeld. Ook is een budget van 75.000 euro ter beschikking gesteld om de burger op een vernieuwende wijze te informeren. Het beschikbaar stellen van dit budget is onderdeel van het RIVM Strategisch Programma (SPR).

Naar aanleiding van de lagere scores in het TNO-NIPO onderzoek, naar de gepercipieerde onafhankelijkheid van het RIVM, is een nadere verkenning uitgevoerd. Hieruit blijkt dat dit begrip verschillend uitgelegd wordt door verschillende groepen (burgers, stakeholders, opdrachtgevers, RIVM). Lering trekken uit ervaringen van collega instituten is niet mogelijk doordat zij dit niet gemeten hebben. Tijdens het Opdrachtgevers-Eigenaarsoverleg zijn deze inzichten gedeeld en zijn vervolgacties bepaald. Zo wordt in 2017 een publieksconferentie voor burgers georganiseerd waarin het RIVM in gesprek gaat met de burger. Daarnaast blijft dit onderwerp aandacht krijgen, mede doordat het in het IANPHI-rapport als aandachtspunt is bestempeld. Mede daarom is de maatschappelijke zichtbaarheid ook in het Jaarplan RIVM 2017 opgenomen.

Meest bezochte onderwerpen rivm.nl

RIVM.nl had in 2016 in totaal 7.571.191 unieke bezoekers die een of meerdere keren de website bezochten. Dit is een stijging van 17% ten opzichte van 2015. Het aantal pageviews ziet een kleine stijging van 10% vergeleken met 2015. Deze stijging komt omdat mensen het RIVM steeds beter online weten te vinden, mede door actief social media gebruik.

RIVM in online media

Voor het RIVM is het essentieel om aan te sluiten bij datgene wat er in de samenleving speelt. Alleen dan kunnen we ons werk goed doen en een kennisinstituut zijn dat midden in de maatschappij staat. Maar hoe meten en weten we wat er in de samenleving speelt? We doen dat onder andere door te kijken op welke onderwerpen het RIVM in online berichten en op sociale media wordt genoemd. In deze infographic staat de top 10 onderwerpen waarin het RIVM wordt genoemd. Dit betreft berichten uit sociale media, fora, blogs en digitale nieuwsberichten.

Publieksvragen aan het RIVM

Het aantal e-mails ten opzichte van 2015 is gestegen van 5733 naar 6578. Er is een lichte daling bij vragen aan het CVB en RVP. Daarentegen is er een flinke stijging bij infectieziekten en M&V. De grote stijging komt voornamelijk door vragen rondom zika en rubbergranulaat. Bij infectieziekten kwamen er in 2015 1164 vragen binnen en in 2016 1527. Bij M&V kwamen in 2015 604 vragen binnen en in 2016 1087.

Sentiment berichten op sociale media over rubbergranulaat

Uit de eerste reacties na de uitzending van Zembla blijkt dat mensen veel vragen en zorgen hebben. Ook stellen zij vraagtekens bij de rol van het RIVM bij dit onderwerp. Zoveel mogelijk vragen zijn geïnventariseerd en gecategoriseerd en in de vorm van Vraag en Antwoord op de website gepubliceerd. Vrijdag 7 oktober heeft minister Schippers per Kamerbrief het RIVM opdracht gegeven om onderzoek te doen naar de mogelijke gezondheidsrisico’s van sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat.

Gedurende de onderzoeksperiode is er een aantal pieken te zien in het aantal berichten op sociale media. Na de aankondiging van de bandenbranche dat zij een eigen onderzoek startten, waren er bovengemiddeld veel berichten. Dit geldt ook voor het moment waarop het RIVM haar onderzoek startte op 100 voetbalvelden.

In aanloop naar de publicatiedatum van het onderzoek hebben diverse media aandacht besteed aan het onderzoek en gespeculeerd over de mogelijke onderzoeksresultaten. De NOS heeft in haar uitzending van 19 december een item uitgezonden waaruit bleek dat het RIVM niet met een antwoord zou komen op de vraag of sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat veilig is. Dit leidde tot veel reacties op sociale media.

Op 20 december wordt het onderzoeksrapport met nieuwsbericht gepubliceerd. Ook wordt er een video met daarin kort de conclusies van het onderzoek op de website geplaatst en via sociale media verspreid. In december was het RIVM goed voorbereid en door de positieve boodschap en goede communicatie bleef grote onrust uit. Dit is terug te zien in het sentiment van de reacties op sociale media.

Uit een publieksonderzoek met 1000 respondenten bleek dat mensen zich vooral zorgen maken over de kinderen en hun gezondheid. De respondenten hadden vertrouwen in het RIVM en de resultaten van het onderzoek. Informatie over mogelijke risico's van sporten op rubbergranulaat ontvangen de respondenten het liefst van het RIVM.

Verwijzing naar officiële stukken

De in dit jaarverslag opgenomen financiële overzichten maken onderdeel uit van het departementale jaarverslag van het Ministerie van VWS. De Algemene Rekenkamer, die het departementale jaarverslag jaarlijks onderzoekt, biedt in mei 2017 haar oordeel hierover in een rapport aan de Staten-Generaal aan. In dit rapport kunnen opmerkingen worden gemaakt over de bedrijfsvoering en de in het departementaal jaarverslag opgenomen financiële overzichten van het agentschap. Zie voor de formele stukken van het agentschap RIVM zoals deze zijn aangeboden aan de Tweede Kamer op rijksbegroting.nl.

In 2016 heeft het RIVM een positief resultaat gehaald van € 0,2 miljoen en kan als volgt worden weergegeven in de Staat van baten en lasten (resultatenrekening):

De baten komen voornamelijk voort uit opdrachten van het eigen moederdepartement. Dit jaarverslag geeft hiervan een aantal voorbeelden. De overige departementen waar het RIVM voor werkt zijn het ministerie van Infrastructuur en Milieu (€ 59,5 miljoen), het ministerie van Economische Zaken (€ 11,6 miljoen) en een aantal overige departementen (€ 9,4 miljoen). Opdrachten voor derden zijn opdrachten van zowel nationale als internationale opdrachtgevers, zoals de EU en de WHO.

De lasten (kosten) die noodzakelijk zijn voor de uitvoering van deze opdrachten zijn deels personeel en deels materieel van aard. Per einde 2016 zijn er 1.554 FTE werkzaam binnen het RIVM die werken aan de opdrachten die door opdrachtgevers zijn verstrekt. De materiële kosten vertegenwoordigen zaken als de huur van gebouwen, maar ook de inzet van andere uitvoeringsorganisatie door het RIVM en de inkoop van vaccins.

Het positieve resultaat dat het RIVM in 2016 heeft behaald komt ten gunste van de exploitatiereserve. Het RIVM heeft geen winstoogmerk.

Balans per 31 december 2016

De bezittingen van het RIVM staan vertegenwoordigd op de balans. Eind 2016 ziet de balans van het RIVM er als volgt uit: De post voorraden van het RIVM is de voorraad vaccins ten behoeve van het Rijksvaccinatieprogramma. Van de debiteuren en nog te ontvangen posten is het grootste gedeelte (€ 16,6 miljoen) een vordering op ministeries en andere agentschappen. De liquide middelen vertegenwoordigen het bedrag dat op balansdatum beschikbaar is om rekeningen te kunnen voldoen.

Het RIVM is toegestaan om € 17 miljoen eigen vermogen te hebben, 5% ten opzichte van de omzet in de afgelopen 3 jaar. Onderdeel van het eigen vermogen is het resultaat in 2016 van €0,2 miljoen. De post voorzieningen betreft een reservering voor specifieke toekomstige verplichtingen die nog een onzeker karakter hebben. De grootste post op de passiefzijde van de balans is de nog te betalen posten. Het betreft hier voor een groot gedeelte nog uit te voeren opdrachten van opdrachtgevers. De schulden bestaan voor €44,3 miljoen dan ook uit rechten van ministeries en andere agentschappen.

Aantal medewerkers (fte)

Eind 2016 was er 1512 fte werkzaam bij het RIVM. Dit is een lichte toename (25 fte) ten opzichte van 2015. Het RIVM groeit en de verwachting is dat deze groei zich in de komende periode voortzet, gelet op de Strategische Personeelsplannen van de Centra en de Staven. Eind 2016 waren 1713 medewerkers in dienst bij het RIVM. Van dit totaal aantal medewerkers is 43.5% man en 56,5% vrouw. Het percentage vrouwen stijgt wederom licht. De gemiddelde leeftijd van de RIVM-medewerkers is 45,8 jaar. Dit is een daling t.o.v. 2016 waarin de gemiddelde leeftijd 47 jaar was.

Personeels opbouw man/vrouw verdeling RIVM 2016

Hierboven wordt de man/vrouw verdeling bij het RIVM in 2016 weergegeven per salarisschaal. Van alle medewerkers was 44% man en 56% vrouw. Dit is een lichting stijging ten opzichte van 2015 van het aantal vrouwen dat werkzaam is bij het RIVM. Daarmee waren er in 2016 net als in 2015 meer vrouwen dan mannen werkzaam bij het RIVM.

Doelgroepen cijfers aantale fte werkzaam bij het RIVM

In 2023 moet het RIVM 50 medewerkers aangesteld of op detachering basis aan het werk hebben met een arbeidsduur van 25,5 uur per week. Voor de meeste aanstellingen geldt dat het gaat om inhuur via een sociaal werkbedrijf of een detacheringsbedrijf. Deze infographic laat zien dat het RIVM aan het door VWS gestelde quotum voor zowel 2015 als 2016 heeft voldaan. Uiteraard werkt het RIVM er momenteel ook aan om aan het gestelde quotum voor 2017 te voldoen.