Gesignaleerd

Wereldkaart

Overzicht van bijzondere meldingen, clusters en epidemieën van infectieziekten in binnen- en buitenland tot en met 31 januari 2018.

Binnenlandse signalen

Gele koorts na reis naar Brazilië

Bij een patiënt werd gele koorts vastgesteld, nadat hij op reis was geweest naar Brazilië. Hij verbleef voornamelijk in gebieden ongeveer 50 km ten noorden van de stad São Paulo. Begin januari kreeg hij, nog in Brazilië,  klachten van hoge koorts (40°C), hoofdpijn, spierpijn, misselijkheid, braken en diarree, waarvoor hij na terugkeer in Nederland naar de tropenpoli van de Havenpolikliniek ging. Hierna werd hij opgenomen in het Erasmus MC. Zijn leverenzymen waren verhoogd. RT-PCR specifiek gericht op gelekoortsvirus (GKV) toonde GKV-RNA aan in bloed, plasma en urine. Ook waren monsters positief in een pan-Flavi RT-PCR. Een klein fragment van NS5 werd gesequenced en bevestigde GKV. De patiënt was nooit gevaccineerd tegen gele koorts. Na behandeling in het ziekenhuis herstelde hij voorspoedig.

Deze patiënt was de tweede patiënt in Nederland binnen 1 jaar, die de ziekte had opgelopen in Zuid-Amerika.

In Brazilië was er in 2016 - 2017 een grote uitbraak van gele koorts met 777 bevestigde patiënten. Deze uitbraak is beëindigd. Het aantal patiënten met  gele koorts is momenteel relatief laag in Brazilië, namelijk 35 bij wie de diagnose met laboratoriumonderzoek is bevestigd en die gemeld zijn tussen 1 juli 2017 en 14 januari 2018. Hiervan kwamen 20 patiënten uit de deelstaat São Paulo. Wel worden nog steeds veel epizoönotische infecties in non-humane primaten gerapporteerd, deels vanuit gebieden die eerder niet werden beschouwd als risicogebied voor gele koorts, zoals parken in de stedelijke gebieden van de São Pauloregio. Dit is reden tot zorg vanwege de start van het muggenseizoen in december 2017, de nog altijd suboptimale vaccinatiegraad onder delen van de bevolking en vanwege het carnaval van 9 t/m 14 februari met veel (internationale) bezoekers. De Braziliaanse autoriteiten plannen massavaccinatiecampagnes, waarbij ook gefractioneerde doses (0.1 mL in plaats van de gebruikelijke 0.5 mL) zullen worden gebruikt. De Landelijke Coördinatie Reizigersadvisering volgt de adviezen van de World Health Organization (WHO) en heeft het vaccinatieadvies voor gelekoorts tijdelijk aangepast door ook voor reizigers naar São Paulo en Rio de Janeiro vaccinatie te adviseren. Het advies is te vinden op de LCR-website, (Bronnen: GGD Rotterdam-Rijnmond, GGD Hollands Midden, Erasmus MC, LCR, WHO, Promed-1, Promed-2, ECDC, PAHO, ECDC RRA.)

Patiënte met conjunctivitis door Chlamydia felis

Bij een vrouw werd Chlamydia felis vastgesteld. De patiënte had sinds enkele weken een eenzijdige folliculaire conjunctivitis. Omdat de conjunctivitis niet verbeterde na behandeling met chlooramfenicol werd door de huisarts een swab van de conjunctiva afgenomen onder verdenking van Chlamydia-conjunctivitis. Per vergissing werd in plaats van C. trachomatis-PCR een Chlamydia spp. / C. psittaci multiplex-PCR aangevraagd, die positief bleek te zijn. C. psittaci werd niet bevestigd bij genotypering in het kader van de landelijke psittacosesurveillance. Aanvullende typering met behulp van sequentieanalyse van het PCR-product leverde een identieke sequentie op voor Chlamydia felis. Bij brononderzoek bleek dat patiënte geen direct contact had gehad met vogels. Zij had wel 4 katten in huis, waarvan 3 in de maanden voordat patiënte conjunctivitis kreeg klachten hadden van niezen en afscheiding uit de ogen en de neus. De patiënte is volledig hersteld na een eenmalige dosis azitromycine oraal en tetracycline oogzalf. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft geen aanvullende diagnostiek bij de katten gedaan omdat de dieren inmiddels hersteld waren en de patiënte daar geen toestemming voor gaf.

Chlamydia  felis is een bekende, maar zelden vastgestelde verwekker van folliculaire conjunctivitis bij mensen; wereldwijd zijn 6 cases gedocumenteerd. Chlamydia. felis is primair een ziekteverwekker bij katten (chlamydiose) en uit zich meestal met een lichte conjunctivitis en soms een bovensteluchtweginfectie. Verspreiding vindt plaats via direct contact. (Bronnen: GGD Zuid Limburg, Zuyderland MC, NVWA, Wons ea., LICG)

Buitenlandse signalen

Uitbraak van hepatitis E in Namibië

De WHO maakt melding van een uitbraak van acute hepatitis E in Windhoekdistrict, in Namibië. Vanaf september 2017 t/m 8 januari 2018 werden door verschillende gezondheidscentra 237 vermoedelijke  en bevestigde patiënten met symptomen van acute geelzucht gemeld (Figuur 1). Alle vermoedelijke patiënten testten negatief voor hepatitis A, B en C. Bij 41 van de 237 patiënten werd vervolgdiagnostiek ingezet; bij 21 patiënten konden anti-HEV IgM-antistoffen worden aangetoond, bij 20 zijn de laboratoriumuitslagen nog niet bekend. Eén patiënt, een 26-jarige vrouw, overleed 4 dagen nadat ze een kind had gekregen. De autoriteiten nemen maatregelen, gericht op het informeren van de bevolking, monitoring van de waterkwaliteit in het getroffen gebied en het verbeteren van surveillance, laboratoriumdiagnostiek en behandeling. De laatste gerapporteerde uitbraak van hepatitis E in Namibië was in 1995 - 1996, veroorzaakt door genotype 1. Dit genotype komt voornamelijk voor in niet-geïndustrialiseerde landen, waarbij transmissie onder andere plaats kan vinden via fecaal verontreinigd water. Zwangere vrouwen lopen bij dit genotype een verhoogde kans op een ernstig verloop. (Bronnen: WHO, Promed)

Figuur 1. Aantal patiënten met acute geelzucht per week in Windhoekdistrict, Namibië, september 2017 t/m 8 januari 2018 (n=237)

Uitbraak monkeypox in Nigeria

De Nigeriaanse overheid meldde in september 2017 aan de WHO een uitbraak van monkeypox. Op 22 december 2017 waren 197 verdachte patiënten gemeld, verspreid over 22 van de 36 staten. Bij 68 patiënten werd monkeypox met PCR bevestigd, 2 overleden. De uitbraak is uitzonderlijk vanwege de grote geografische verspreiding en het lage aantal overleden patiënten. Dit is de eerste keer sinds 40 jaar dat monkeypox in Nigeria wordt geconstateerd; tussen 1971 en 1978 werden 10 patiënten gerapporteerd, waarvan 3 bevestigd.

Phylogentische analyse van een subset van de door PCR bevestigde monsters toont aan dat de gevonden monkeypoxvirussen behoren tot de West African clade. Deze bevinding ondersteunt de hypothese dat de oorzaak van deze uitbraak waarschijnlijk een spillover is uit het locale dierlijk reservoir en geen import. Het feit dat het om een West-Afrikaanse virusvariant gaat verklaart ook de lagere mortaliteit in deze uitbraak. Bij uitbraken veroorzaakt door de Centraal-Afrikaanse virusvariant ligt dit percentage rond de 10%. Op basis van variatie in de sequenties zijn meerdere afzonderlijke bronnen voor introductie in de humane populatie aannemelijk.

Wilde dieren, waaronder knaagdieren, vormen vermoedelijk het reservoir. Mensen die gebeten worden of in contact zijn gekomen met geïnfecteerde dieren lopen kans om besmet te raken. Volgens de WHO zouden de overstromingen in verschillende delen van Nigeria de oorzaak kunnen zijn, waardoor mensen in contact kwamen met uitwerpselen van dieren. Overdracht van mens-op-mens is zeldzaam.(Bronnen: Nigeria CDC, Lancet Infectious Disease, Promed, WHO)

Auteur

S. Mooij, Centrum Infectieziektebestrijding, RIVM

Correspondentie

sofie.mooij@rivm.nl