Radioactieve stoffen in Scandinavië en de bosbranden bij Tsjernobyl

Foto van Tsjernobyl

In de eerste helft van 2020 is de Ongevalsorganisatie straling van het RIVM 2 keer opgeschaald. In april vanwege de bosbranden bij Tsjernobyl en in juni nadat in Noord-Europa kleine hoeveelheden radioactieve stoffen gedetecteerd werden in de lucht.

Detectie van radioactieve stoffen in Scandinavië

In juni 2020 zijn er in Zweden en Finland hele lage concentraties kunstmatige radioactieve stoffen gedetecteerd. Het gaat om een hele reeks aan stoffen die als restproducten bij kernsplijting ontstaan: niobium-95, zirconium-95, ruthenium-103, cesium-134 en cesium-137. En merkwaardig genoeg ook kobalt-60, dat ontstaat als je staal activeert (bestraalt met neutronen), bijvoorbeeld in een kernreactor. In Nederland zijn deze kunstmatige radioactieve stoffen niet gedetecteerd.

Er zijn te weinig meetgegevens beschikbaar om een bronlocatie aan te kunnen wijzen. De radioactieve stoffen hebben Zweden en Finland vanuit het Zuidoosten komend bereikt. Op basis van de gevonden nucliden kan het RIVM alleen concluderen dat er bestraalde kernbrandstof én geactiveerd staal in het spel moet zijn geweest. Naar het nieuwsbericht.Het bericht is ook opgepikt door de (inter-)nationale pers. Om die reden is er naast het Nederlandstalige nieuwsbericht ook een Engelstalig nieuwsbericht opgesteld.

Bosbranden rond Tsjernobyl

Op 4 april 2020 ontstonden er branden in de Oekraïne, rondom Tsjernobyl. Het gebied omvat bossen, maar ook grote stukken veenland. Omdat veen lang blijft smeulen was het lastig om de brand goed uit te krijgen, dat lukte pas na enige weken.

In april en mei 2020 schreven verschillende media regelmatig over deze branden. De bodem, struiken en bomen bevatten daar cesium-137, nog overgebleven van het kernongeval in 1986. Door de brand kan de radioactiviteit in de lucht terechtkomen en zou misschien naar Nederland toe kunnen waaien. In de week van 16-23 april 2020 heeft het RIVM inderdaad in Bilthoven wat meer cesium-137 in het luchtstof aangetroffen dan normaal. Bijna wekelijks meten we wel een heel kleine hoeveelheid, afkomstig van de fall out van kernproeven en het in 1986 overgewaaide cesium-137. Een waarde als in de periode 16-23 april 2020 vinden we jaarlijks wel een keer. De bosbranden kunnen deze waarde waarschijnlijk niet helemaal verklaren.

Meer informatie over de bosbranden en onze metingen en analyse staat op onze website

Op de foto staat de High Volume Sampler van het RIVM in Bilthoven, voor monstername van luchtstof.