Andere problemen, andere oplossingen bij coronabestrijding in het Caribisch deel van Nederland

Ook in het Caribische deel van Nederland werken de lokale instanties hard aan coronabestrijding. Het RIVM ondersteunt daarbij met kennis en advies, testapparatuur en wat er verder nodig is.

“De kleinschaligheid van de eilanden maakt de organisatie van infectieziektebestrijding moeilijk. De expertise is vaak schaars; het is namelijk lastig om hoogopgeleide professionals op de eilanden te krijgen en te houden. Er zijn natuurlijk ook geen academische ziekenhuizen, dat loont niet met het lage inwoneraantal. De expertise díe er is, voldoet prima. De laboratoria en GGD’s hebben dezelfde hoge standaard als hier, alleen de schaalgrootte is anders.” Hans van den Kerkhof coördineert en adviseert bij infectieziektebestrijding in het Caribisch deel van Nederland. Hij doet dat vanuit de Landelijke Coördinatie Infectieziektebestrijding van het RIVM. In deze periode ligt de nadruk uiteraard op coronabestrijding.

Lokale collega's en RIVM'ers op Sint Maarten. De foto is uiteraard vóór de coronapandemie genomen.

Eisen vanuit WHO

De Wereldgezondheidsorganisatie WHO heeft een kader voor de bestrijding van crises opgesteld, waaronder problematiek met infectieziekten, waar alle WHO-landen aan moeten voldoen: de Internationale Gezondheidsregeling (International Health Regulations, IHR). In de IHR staan eisen aan bijvoorbeeld opsporing, epidemiologie en het bestrijdingsapparaat. Het Centrum Infectieziektebestrijding van het RIVM ondersteunt het Caribisch deel van Nederland om aan al die eisen te voldoen. “Daar waar het knelt, proberen we te ondersteunen,” zo omschrijft Van den Kerkhof het.

'We hebben apparatuur naar Saba en Sint Eustatius gestuurd, zodat ook de kleine eilanden kunnen testen'

Bekende gezichten

Het is niet voor het eerst dat Hans van den Kerkhof en zijn collega’s ondersteuning bieden in Caribisch Nederland. “We komen daar al langere tijd. Ook bij de ziektes chikungunya, zika en de voorbereidingen voor ebola boden we hulp en advies. Verder bespreken we eens per jaar op één van de eilanden alle issues tijdens een conferentie met de lokale collega’s. De samenwerking staat of valt met het persoonlijk contact en bekendheid met de lokale omstandigheden in de regio. Daarom zitten we ook langere tijd op hetzelfde project. Dorothee Rosskamp, Marieta Braks, Johan Reimerink en ik zijn dan bekende gezichten.”

Testapparatuur

“We springen bij als er nieuwe ziektes of problemen opduiken. Bijvoorbeeld met zika zette een RIVM-laboratorium de testen op. Ook nu met COVID-19 hebben we ondersteund bij de opzet van testen en zorgen we dat de moleculaire testapparatuur verstuurd wordt. We hebben apparatuur naar Saba en Sint Eustatius gestuurd, zodat ook de kleine eilanden kunnen testen. Anders moeten de monsters eerst per vliegtuig naar een ander eiland worden gestuurd om daar getest te kunnen worden, met alle kosten en vertraging van dien.”

Corona via toeristen

Toen het nieuwe coronavirus net opdook, was het doel duidelijk: het virus van de eilanden weghouden, schetst Van den Kerkhof. Juist omdat het eilanden zijn, is dat redelijk makkelijk. Er kwam een forse lockdown. Maar veel mensen op de eilanden leven van het toerisme, dus een lockdown is maar beperkt vol te houden. De economie draait op het toerisme. Ook de voedselvoorziening op het eiland is van import afhankelijk. “In de zomer waren de cijfers laag, toch zijn de eilanden opengegaan voor toeristen,” zegt Hans van den Kerkhof. “We wisten: als ze opengaan, dan introduceer je het virus. En inderdaad, vanaf augustus zie je de besmettingen oplopen. Op Aruba eerst heel fors, dat werd later door intensieve bestrijdingsmaatregelen wel minder. Ook op Curaçao zie je de cijfers fors oplopen. Er is veel druk vanuit de bevolking om toeristen te laten komen. Voor veel immigranten die bijvoorbeeld als schoonmaker of taxichauffeur werken, geldt: geen werk, geen eten. De regio is redelijk welvarend, maar momenteel komen ook veel ondernemers uit de middenstand ernstig in de knel. Veel mensen zijn nu afhankelijk van voedselhulp.”

'We adviseren de collega’s daar hoe de regels voor toeristen het beste vorm kunnen krijgen'

Inzetten op bestrijding

Nu het coronavirus niet meer van de eilanden weggehouden kan worden, zetten lokale instanties met steun van het RIVM volop in op de bestrijding. In het Caribisch deel van Nederland liggen vaak net andere afwegingen ten grondslag aan de inhoudelijke adviezen, vooral doordat de economie daar veel harder is geraakt dan hier. Hans van den Kerkhof: “We adviseren de collega’s daar hoe de regels voor toeristen het beste vorm kunnen krijgen. Ook organiseren we OMT-overleggen, waarbij de samenstelling van het OMT anders is dan in Nederland. We werken met lokale expertise. In het OMT adviseren we onder meer over de methodologie van de laboratoriumtesten. Ook gaat het over de epidemiologie en reisadviezen.”

Een drukke tijd voor Van den Kerkhof en zijn collega’s. “Vrij nemen is lastig. Door het tijdsverschil van vijf uur met de eilanden bellen we vaak aan het eind van de middag of ’s avonds. We hebben dagelijks contact, het gaat altijd door. Maar we zetten ons graag in voor de infectieziektebestrijding, hier én op de eilanden van het Caribisch deel van Nederland.”

 

Caribisch deel van het Koninkrijk

Op 1 januari 2020 telden de eilanden van het Caribisch deel van Nederland ongeveer 380.000 inwoners. Dat zijn de landen Curaçao, Aruba en Sint Maarten (CAS-eilanden) en de bijzondere gemeenten Bonaire, Sint Eustatius en Saba, ook bekend als de BES-eilanden.

Volg de coronacijfers in het Caribisch deel van Nederland op de RIVM-website.