"We hebben veel zorgen over wat er op ons neerdaalt"

In de omgeving van het staalbedrijf Tata Steel in IJmuiden hebben mensen al jaren stofoverlast. Ze maken zich zorgen over de uitstoot van Tata Steel, en de gevolgen voor hun gezondheid. Het RIVM neemt stofmonsters op verschillende locaties, buiten en bij mensen binnen in hun woning. Hoe gaat dat in z’n werk, en wat vinden de deelnemende omwonenden ervan?

Het ligt in huis op de vensterbank, of op een meterkast buiten: een dikke of dunne laag zwart stof. “Het ziet eruit als zwart glinsterend stof,” zegt Janneke Elberse, projectleider van Gezondheidsonderzoek in de IJmond. “Omwonenden vertellen vaak dat ze het vies en onprettig vinden dat het in hun woonomgeving ligt.”

Monstername in de omgeving van Tata Steel

Op verschillende momenten in 2020 namen RIVM’ers veegmonsters in de plaatsen Wijk aan Zee, Beverwijk, Velsen-Noord, IJmuiden en Heemskerk. Bij mensen thuis, in de tuin, op straat. Daarnaast nemen ze monsters bij locaties op grotere afstand, die als referentielocaties dienen. Janneke Elberse: “Het gaat om 32 buitenlocaties en 13 binnenlocaties waar we stof meten. We zijn in totaal vier keer langs geweest, één keer ter voorbereiding, de andere drie keer is er stof geveegd. Hoeveel stof er ligt, en waar, dat varieert. Soms ligt er een dikke laag, soms juist een heel dun laagje. Dat kan per straat en per huis verschillen.”

'De inwoners hebben zelf vragen en zorgen geformuleerd, die zijn vertaald in onderzoeksvragen'

Grof stof

Wat er nu uit de lucht in de omgeving neervalt, is vooral grof stof. Fijn stof komt natuurlijk ook voor, maar dat is niet met het blote oog te zien. “Dichtbij het terrein van Tata Steel vind je logischerwijs meer stof, want grover stof slaat eerder neer,” legt Elberse uit. “Fijn stof kan zich wat verder verspreiden.”

In 2019 werden polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s) en metalen, zoals lood en mangaan, gevonden in het stof. Zowel PAK’s als bijvoorbeeld lood behoren tot de zogenoemde Zeer Zorgwekkende Stoffen. Deze stoffen zijn gevaarlijk voor mens en milieu. Janneke Elberse: “In dit onderzoek kijken we naar de hoeveelheden. Die kunnen iets zeggen over het gezondheidsrisico. Ook kijken we naar de mogelijke bron. Per stof is dat weer verschillend.”

Breder beeld

Het onderzoek in 2019 concentreerde zich in Wijk aan Zee en ging specifiek over de grafietregen. “Nu zijn we op zoek naar een breder beeld”, zegt Elberse. “Hoe zit het in de rest van de regio IJmond? De inwoners hebben zelf vragen en zorgen geformuleerd, die wij samen met de klankbordgroep hebben vertaald in onderzoeksvragen.”

'Wij onderzoeken op plekken waar je in de praktijk in aanraking kunt komen met de stoffen'

De klankbordgroep bestaat uit bewoners en onafhankelijke experts. Zij kijken en denken kritisch mee met het onderzoek. Ze brengen het perspectief van omwonenden in. Dit helpt het RIVM om de juiste zaken te onderzoeken. Het RIVM doet dit onderzoek in opdracht van regionale opdrachtgevers: de Provincie Noord-Holland en de gemeenten Beverwijk, Velsen en Heemskerk, en werkt hierbij samen met GGD Kennemerland. Tata Steel is niet betrokken in het onderzoek, op geen enkele manier.

Eenvoudige maar doeltreffende monstername

Een belangrijke rol is weggelegd voor de medewerkers van de Milieu Ongevallen Dienst (MOD) van het RIVM, die de veegmonsters nemen. Pepijn Morgenstern, deelprojectleider en omgevingsmanager, houdt zich vooral bezig met de coördinatie van de monstername. Hij merkt dat deelnemende inwoners soms verbaasd zijn over de eenvoud van de monstername en het onderzoek. “Goed onderzoek hoeft niet altijd ingewikkeld te zijn. De belangrijkste vraag die we hebben is: hoeveel stof komt er neer op een bepaald oppervlak en wat zit er in? Die vraag kan prima worden beantwoord met een kunststof bak, waar je het stof makkelijk mee kan verzamelen. Ook hebben we bij mensen in huis een grote plaat van plexiglas neergelegd om stof op te vangen. Uiteraard nemen we ook veegmonsters rechtstreeks van een oppervlak, zoals de vensterbank. Wij onderzoeken op plekken waar je in de praktijk in aanraking kunt komen met de stoffen. Vandaar dat bijvoorbeeld een dakgoot niet geschikt is als monsterlocatie voor ons onderzoek.”

De collega’s van de MOD meten graag bij mensen thuis. Een belangrijke andere taak van de MOD is metingen doen bij een brand waarbij chemische stoffen vrijkomen. “Hier zie je nog directer voor wie je het doet, hoor ik van de MOD’ers,” zegt Elberse. “Ze werken hierdoor letterlijk midden in de maatschappij.”

Onafhankelijk laboratorium

De monstername heeft bijna 450 monsters opgeleverd. Janneke Elberse: “Die sturen we naar een onafhankelijk laboratorium. Dat lab kijkt: wat zit erin en hoeveel? Vervolgens bekijken we op het RIVM hoe deze gegevens geduid moeten worden. In een risicobeoordeling kijken we: welke stoffen kunnen mensen binnenkrijgen, om welke hoeveelheid gaat het en wat zijn dan de risico’s? Ook bekijken we waar de stoffen mogelijk vandaan komen. We verwachten dat de totale rapportage halverwege 2021 af is.”

Zorgen

Meer dan 40 inwoners meldden zich aan voor het onderzoek. Uiteindelijk doen ongeveer 15 inwoners mee, die zijn geselecteerd op grond van een goede verdeling over de verschillende dorpen en afstanden tot het terrein van Tata Steel. “Ze zijn vaak blij dat we komen meten, we worden altijd heel vriendelijk welkom geheten,” zegt Janneke Elberse. “Maar voor hen is het ook spannend, ze maken zich zorgen. ‘Het ligt wel in mijn huis’ hoor ik soms. Het onderzoek leeft behoorlijk in de IJmond regio. Hoe mensen er ook over denken, ik hoor vooral: er is stofoverlast, we willen graag weten wat erin zit en wat het voor onze gezondheid betekent.”

Hans Dellevoet, inwoner Wijk aan Zee en lid van de Dorpsraad:

“Het is belangrijk dat dit onderzoek gebeurt. Er leven veel zorgen in het dorp over wat er allemaal op ons neerdaalt. We willen weten wat er precies in zit en wat er aan gedaan kan worden. Lopen wij en onze kinderen gevaar en, zo ja, wat gaat men daaraan doen? Eigenlijk vreemd dat dit onderzoek nu pas plaatsvindt terwijl er al decennia lang geklaagd wordt.

Vanuit de Dorpsraad ben ik al jaren nauw betrokken bij de problemen met Tata Steel. Die problemen zijn met de jaren alleen maar groter geworden. Deelname was dan ook logisch. De Dorpsraad had zelf ook aangedrongen op verder onderzoek nadat onderzochte veegmonsters al zorgwekkende resultaten lieten zien. Die veegmonsters hebben toen echt een storm van verontwaardiging en onrust veroorzaakt. Men eist nu antwoorden en een oplossing van dit probleem.

Ik doe zelf aan het RIVM-onderzoek mee, het verloopt prima. Ik verwacht dat het resultaat van de eerdere veegmonsters bevestigd zal worden. In de periode dat de bakken hier stonden zijn er meerdere stof-emissies geweest. Er zijn echter meerdere stofbronnen bij Tata: welke bron heeft bij welke windrichting uitgestoten? Dit zal de meetresultaten zeker beïnvloeden.

Hopelijk volgt er dan ook daadwerkelijk actie op de resultaten. Voor ons is de tijd van gedogen en alleen maar onderzoeken allang voorbij.”

Meer weten? Kijk op de RIVM-website.