Nucleair detective

Pluim Rusland

Een explosie in Rusland op een militaire testlocatie, onduidelijke berichten over een verhoogd stralingsniveau  in de omgeving en geruchten in de media over de oorzaak en de gevolgen… Werk aan de winkel voor de stralingsdeskundigen van de ongevalsorganisatie straling van het RIVM. Wat is er gebeurd en wat zijn de risico's? Het RIVM heeft in augustus dit jaar antwoorden gezocht én gevonden.

In de media

Op 8 augustus 2019 deed zich een explosie voor nabij het dorp Nyonoksa. Hierbij kwamen radioactieve stoffen vrij. In Severodvinsk, een stad 45 km verderop, wordt tot 20 keer de achtergrondwaarde (2 microsievert per uur) gemeten. Meetposten in de omgeving die normaal automatisch meetdata delen via de Eurdep website, zijn helaas echter plots buiten werking.

De mogelijkheid van een ongeval met een nucleaire batterij (RTG) of een Burevestnik (Skyfall) wordt geopperd. Een RTG is een energiebron die veel gebruikt wordt aan boord van ruimtesondes en de Burevestnik is een onbemand vliegtuig dat aangedreven wordt door een kleine kernreactor.

Bij de explosie is een hoge waterkolom gezien en dagen later is een defect platform aangespoeld.

Eind augustus meldt de Russische meteorologische dienst Roshydromet dat de radionucliden Ba-139, Ba-140, La-140 en Sr-91 zijn aangetroffen.

RIVM ontrafelt

RIVM modelleurs berekenen met weergegevens van het KNMI dat de stoffen, die bij de explosie zijn vrijgekomen, zich richting het zuidoosten verspreiden. Richting China dus. Het RIVM meet bovendien continu met het Nationaal Meetnet Radioactiviteit en de luchtstofmonitor “Snow White” of er verhoogde concentraties radioactieve stoffen in de lucht in Nederland aanwezig zijn. Zoals verwacht wordt in de dagen en weken na de explosie geen verhoogd stralingsniveau gemeten in Nederland.

De oorzaak van de explosie is niet officieel bekendgemaakt. Stralingsdeskundigen van het RIVM concluderen wel dat de door Roshydromet aangetroffen radionucliden vervalproducten zijn van radioactieve edelgassen, die vrijkomen bij kernsplijting. Dat er geen andere nucliden genoemd worden, kan verklaard worden door een explosie onder water, waarbij alleen de gassen uit het water kunnen vrijkomen en de andere splijtingsproducten onder water blijven. Waarschijnlijk heeft zich dus een ongeval met een kleine kernreactor met een groot vermogen of een ongecontroleerde splijtingsreactie voorgedaan. Het Reactor Instituut Delft heeft dit scenario doorgerekend en bevestigd.

Het RIVM heeft de bevindingen op de website geplaatst en een rapportage opgeleverd aan de ANVS.