Kennis in praktijk

Veel van ons onderzoek in 2017 ondersteunde de ANVS voor de onderbouwing voor de implementatie van de Europese richtlijn Basisveiligheidsnormen stralingsbescherming (2013/59/Euratom). Deze richtlijn stelt wettelijke voorschriften vast aan menselijke activiteiten die leiden tot blootstelling aan straling.

Radon en aardgas

Bij de winning en productie van aardwarmte, aardolie en aardgas wordt soms aardgas afgefakkeld of afgeblazen. Op grond van milieuwetgeving is dit alleen toegestaan wanneer dit om veiligheidsredenen noodzakelijk is. Bijvoorbeeld bij onderhoudswerkzaamheden  of een calamiteit. Ook is er een vergunning nodig op grond van de kernenergiewet vanwege de activiteitsconcentratie van radon in aardgas. Hiervan kan worden afgeweken indien deze handelingen specifiek zijn vrijgesteld vanwege een zeer lage blootstelling. Uit onderzoek van het RIVM blijkt dat de blootstelling van werknemers en de bevolking aan radon afkomstig van affakkelen en afblazen van aardgas in de praktijk zeer laag is.

Gammastraling door bouwmaterialen in de woning

Een groot deel van de totale hoeveelheid straling die Nederlanders ontvangen komt door straling in de woning. Deze stralingsdosis wordt sterk beïnvloed door de eigenschappen van de gebruikte bouwmaterialen. Dit komt enerzijds doordat de bouwmaterialen van bodemmaterialen gemaakt worden die van nature radioactieve stoffen bevat. Anderzijds komt het doordat aan bouwmaterialen reststoffen toegevoegd worden die natuurlijke bronnen van straling bevatten. De ANVS heeft een methode op laten stellen om eenvoudig te kunnen toetsen of een bouwmateriaal voldoet aan het Europese criterium voor gammastraling in woningen. Het RIVM heeft op verzoek van de ANVS hierop een contra-expertise uitgevoerd. Op basis daarvan zijn enkele aanbevelingen geformuleerd.

Grenswaarden voor generieke vrijstelling en vrijgave van radioactief materiaal

Op grond van de Kernenenergiewet en lagere regelgeving geldt voor handelingen in beginsel een registratie of vergunningplicht. Handelingen die leiden tot slechts een geringe blootstelling kunnen hiervan worden vrijgesteld. Iets dergelijks geldt ook voor materialen waarvan de radioactiviteitsniveaus gering zijn: deze kunnen worden vrijgesteld gegeven wanneer de blootstelling (nog) slechts gering is.De oude Nederlandse regelgeving kende voor circa 800 nucliden grenswaarden, op basis waarvan vrijstelling of vrijgave kon worden verleend. De nieuwe Europese richtlijn kent echter voor slechts circa 300 nucliden dergelijke grenswaarden. Op verzoek van de ANVS heeft het RIVM onderzoek gedaan naar aanvullende grenswaarden die de huidige kunnen vervangen en tegelijkertijd voldoen aan de nieuwe Europese voorschriften. Deze grenswaarden zijn opgenomen in de regeling basisveiligheidsnormen stralingsbescherming.