Sneller betrouwbare informatie over ongevallen

handen die typen op een laptop

Dagelijks vinden op de werkvloer ongevallen plaats. Het aantal ongevallen stijgt nog steeds. Om daar wat aan te doen, moet je weten wat de belangrijkste risico’s zijn en waardoor deze worden veroorzaakt. Dat kan door te leren van de ongevallen die zich hebben voorgedaan. Het RIVM ontwikkelt samen met het Ministerie van SZW en de Inspectie SZW een manier om deze ongevalsinformatie snel en gemakkelijk te verzamelen.

De Inspectie SZW onderzoekt ernstige arbeidsongevallen In Nederland. Die onderzoeken bieden een schat aan informatie. Ze zijn een belangrijke bron voor het leren van ongevallen. Om daar nog beter gebruik van te maken is de Monitor Leren van Ongevallen ontwikkeld.   Arbeidsinspecteurs die ongevalsonderzoek doen, voeren de gegevens van de ‘eigen ongevalszaken’ in de monitor in. Dat doen zij nadat zij een ongeval hebben onderzocht. Zij weten dan wat er mis ging en waardoor het ongeval kon gebeuren. Doordat alle inspecteurs de informatie invoeren, kunnen er in korte tijd veel actuele ongevalsdata bij elkaar worden gebracht.

Eisen aan de informatie

Om gegevens van verschillende ongevallen goed met elkaar te kunnen vergelijken is een eerste vereiste is dat ze betrouwbaar zijn. Een tweede vereiste is dat ze eenduidig zijn. Om te bereiken dat aan beide vereisten wordt voldaan, heeft het RIVM voor de monitor vragen en antwoorden uitgewerkt voor verschillende typen arbeidsongevallen. Deze zijn ontleend aan het ongevalsanalysemodel Storybuilder. Zo hoeven inspecteurs voor elk ongeval alleen de antwoorden die van toepassing zijn aan te vinken. Op die manier worden zij zo min mogelijk belast met extra administratief werk.

Met ingang van 2020 start de Monitor Leren van Ongevallen en wordt de informatie vastgelegd voor alle ongevallen die meldingsplichtig zijn. De monitor stelt het Ministerie, de Inspectie en het RIVM in staat om analyses te doen met actuele, volledige en betrouwbare data. Deze analyses helpen bedrijven, sectororganisaties en vakverenigingen vervolgens weer om gerichter in te zetten op preventie.